Het afgelopen half jaar heb ik mij ondergedompeld in de dood. Niet letterlijk, maar wel figuurlijk. Uiteraard heb ik mijn ritueelbegeleidingsopdrachten bij uitvaart. En daarnaast heb ik mij verdiept in stervensbegeleiding.
Ik deed een praktische en aanbevelenswaardige workshop liefdevolle stervensbegeleiding. Een opleiding spirituele zorg bij sterven en rouw. Een workshop Vroedvrouwe bij Sterven. En vandaag een Midwinterviering met Vrouwe Dood.
Vroeger was ik panisch voor de dood. Echt doodsbang. De nacht kon mij zó bij de keel grijpen dat ik mijn bed weer uitstapte om manlief te gaan knuffelen, die zonder enig argwaan beneden televisie zat te kijken.
Maar sinds het heengaan van mijn moeder roept De Dood. Niet dat ik dood wil. Integendeel zelfs. Ik voel echt een enorme aandrang om te leven. En tegelijkertijd heb ik stervenden en rouwenden iets te bieden.
Met wat ik heb geleerd en belangrijker nog, met wat ik voel, kijk ik De Dood in de ogen. Houd ik de hand van de stervende vast. Breng ik aandacht en liefde in dat heilige moment waarin de stervende overgaat van leven naar dood.
Wat ik kan en doe is op zich niet zo bijzonder. Iedereen kan het en ik help je graag om daarin op jezelf te vertrouwen. Maar het ook echt doen is een stapje verder. En toch. Ik ondersteun je met liefde om van grote betekenis te zijn op het moment van verscheiden van een dierbare. Voor hem, of haar, en voor jou.
Omdat er wellicht niets, maar dan ook echt niets, betekenisvoller in het leven kan zijn dan aanwezig zijn in het moment van De Dood.